Een van de factoren die de toegankelijkheid van de gezondheidszorg bepalen, is de beschikbaarheid van voldoende gekwalificeerd zorgpersoneel, en meer in het algemeen, van geschikte gezondheidszorgdiensten. Hoeveel gekwalificeerde zorgverleners zijn er momenteel actief in ons land? Hoeveel bedden zijn er beschikbaar in een bepaalde sector? Deze informatie is essentieel om de huidige capaciteit van het gezondheidszorgsysteem te beoordelen, maar ook om het zorgaanbod voor de komende jaren te plannen.
Dit deel gaat dieper in op de indicatoren over de beschikbaarheid van artsen, verpleegkundigen en tandartsen:
- Het aantal praktiserende artsen (A-10)
- Het aantal praktiserende verpleegkundigen (A-11)
- Het aantal praktiserende tandartsen (A-12)
Bepaalde indicatoren die in andere delen van dit rapport worden besproken, hebben ook betrekking op de beschikbaarheid van zorgpersoneel:
- Bij de indicatoren over geestelijke gezondheidszorg: het aantal praktiserende psychiaters (MH-2) en geregistreerde psychologen (MH-12);
- Bij de indicatoren voor ouderenzorg: het aantal praktiserende geriaters (OLD-6);
- In het deel over veerkracht: het aantal vacatures voor verpleegkundig personeel in ziekenhuizen (R-3);
- Het hoofdstuk over duurzaamheid bevat een aantal indicatoren over zowel de huidige gezondheidszorg als de verwachte ontwikkeling van vraag en aanbod in de toekomst: zorgverleners die recent hun opleiding hebben afgerond (S-4, S-5, S-8), zorgverleners die bijna met pensioen gaan (S-7, S-10) en prognoses van toekomstige vraag en aanbod (S-18, S-19, S-22).
Aantal praktiserende artsen (A-10)
Artsen zijn een essentiële schakel in de gezondheidszorg en hun beschikbaarheid geeft ons belangrijke informatie over de toegankelijkheid van de gezondheidszorg. Deze indicator meet het aantal praktiserende artsen per 1.000 inwoners.
In deze context verwijst de term "praktiserend arts" naar elke gekwalificeerde arts die meer dan één klinische dienst heeft verleend (d.w.z. ten minste twee consultaties, bezoeken of technische ingrepen - voorschriften worden hier niet meegeteld) in de loop van een jaar, met uitzondering van artsen in opleiding en stomatologen (artsen gespecialiseerd in aandoeningen van de mond, tanden en kaak etc., die worden meegeteld onder A-12 bij de tandartsen).
Gegevens over het aantal praktiserende artsen worden ook regelmatig bijgewerkt in het gedeelte “Medische praktijkvariaties”.
Resultaten
- In 2021 telde België 37.504 praktiserende artsen (25.462 voltijdse equivalenten). Dit komt neer op een dichtheid van 3,2 per 1.000 inwoners, een stijging met 11% sinds 2011 (2,9 per 1.000 inwoners). In voltijdse equivalenten is er een stijging van 9,3% sinds 2011.
- Per capita is de dichtheid van praktiserende artsen lager in Vlaanderen dan in Brussel en Wallonië, terwijl Brussel de laagste dichtheid heeft in voltijdse equivalenten.
- De verschillen tussen de provincies kunnen groot zijn, met een lagere dichtheid voor sommige specialismen in de provincie Luxemburg en, in mindere mate, Henegouwen, Limburg en West-Vlaanderen, en een hogere dichtheid in Waals-Brabant en Vlaams-Brabant. Onze cijfers zijn echter gebaseerd op het contactadres van de artsen; dat is meestal hun thuisadres in plaats van hun praktijkadres.
- De dichtheid van praktiserende artsen per 1.000 inwoners in België ligt onder de EU-14- (4,0 in 2021) en EU-27-gemiddelden (3,8), en is ook minder snel gestegen sinds 2010. We moeten echter voorzichtig zijn met internationale vergelijkingen aangezien landen verschillende criteria kunnen hanteren in de berekening van het aantal artsen.
- Het percentage volledig of gedeeltelijk geconventioneerde artsen bedroeg 78,9% (in voltijdse equivalenten) in 2021. Dat percentage is redelijk stabiel gebleven in de tijd. Het percentage geconventioneerde artsen was echter veel lager in sommige specialismen zoals dermatologie (21,1%), oogchirurgie (28,4%), plastische chirurgie (30,6%), gynaecologie (41,9%) en orthopedie (42,6%).
*Geconventioneerde artsen zijn artsen die de overeengekomen tarieven vragen voor hun diensten. Meer informatie over dit onderwerp is terug te vinden onder "financiële toegang tot de gezondheidszorg" (A-8).
Link naar de technische fiche en gedetailleerde resultaten
Bron: RIZIV gegevens, berekening KCE
Bron: RIZIV gegevens, berekening KCE
Aantal praktiserende verpleegkundigen (A-11)
Verpleegkundigen spelen een sleutelrol in de gezondheidszorg, zowel in de ziekenhuizen en andere zorginstellingen als in de eerstelijnszorg en de thuiszorg. In de meeste landen vormen verpleegkundigen de grootste groep zorgverleners, hetgeen betekent dat een tekort aan hen gemakkelijk kan leiden tot problemen op vlak van toegankelijkheid van zorg of een negatieve invloed kan hebben op de kwaliteit van de zorg.
Deze indicator betreft praktiserende verpleegkundigen, d.w.z. verpleegkundigen die in de gezondheidszorg werken (op basis van ten minste 0,1 voltijds equivalent), hetzij als zelfstandige, hetzij als werknemer, maar niet noodzakelijk in een klinische functie.
Gegevens over het aantal praktiserende verpleegkundigen zijn ook beschikbaar in het gedeelte "Blikvanger Gezondheidszorg".
Resultaten
- In 2018 waren er 126.496 praktiserende verpleegkundigen werkzaam in de gezondheidszorg (107.515 voltijdse equivalenten) in België. In 2022, op basis van schattingen, waren er ongeveer 137.193 praktiserende verpleegkundigen (116.607 voltijdse equivalenten).
- Voor 2018 komt dit neer op een dichtheid van 11,1 praktiserende verpleegkundigen per 1.000 inwoners (9,4 in voltijdse equivalenten) voor België: 11,6 (9,7 voltijdse equivalenten) in Vlaanderen, 10,1 (8,9 voltijdse equivalenten) in Wallonië en 10,7 (9,4 voltijdse equivalenten) in Brussel, hoewel in sommige gebieden rond Brussel of dicht bij een landsgrens de cijfers veel lager liggen.
- Deze dichtheid ligt ruim boven de EU-14 (9,5) en EU-27-gemiddelden (8,1). We moeten echter voorzichtig zijn met internationale vergelijkingen aangezien landen verschillende criteria kunnen hanteren in de berekening van het aantal verpleegkundigen.
- De dichtheid van praktiserende verpleegkundigen in België steeg van 9,6 per 1.000 inwoners in 2010 tot 11,1 per 1.000 in 2018 (+15,4%); dat is een aanzienlijk sterkere stijging dan de EU-27- (+4,5%) en EU-14 gemiddelden (+6,2%).
- De meeste praktiserende verpleegkundigen werken als werknemer in ziekenhuizen (62% van de voltijdse equivalenten in 2018), in de thuiszorg (17,9%) of in woonzorgcentra (16,8%). Het aantal patiënten/bewoners per verpleegkundige in de ziekenhuizen en woonzorgcentra blijft echter te hoog in vergelijking met de standaarden en internationale kwaliteitsnormen.
Link naar de technische fiche en gedetailleerde resultaten.
Bron: Verpleegkundigen - Naar een gezond België (gezondbelgie.be)
Aantal praktiserende tandartsen (A-12)
Met betrekking tot deze indicator verwijst de term "praktiserende tandarts" naar elke gekwalificeerde algemene tandarts, parodontoloog (tandarts gespecialiseerd in tandvleesaandoeningen), orthodontist (beugeltandarts) of maxillofaciaal chirurg (chirurg gespecialiseerd in ingrepen aan het gezicht, hoofd, nek, kaak en sinussen)/stomatoloog die in de loop van een jaar meer dan één klinische dienst heeft verleend (d.w.z. ten minste twee consultaties, bezoeken of technische ingrepen - voorschriften worden hier niet meegeteld), met uitzondering van artsen in opleiding. Om aan te sluiten bij de internationale definities, opteerden we ervoor om maxillofaciale chirurgen en stomatologen (die technisch gezien artsen zijn) in dit deel op te nemen.
Gegevens over het aantal praktiserende tandartsen worden ook regelmatig bijgewerkt in het gedeelte “Medische praktijkvariaties”.
Resultaten
- In 2021 waren er 8.926 praktiserende tandartsen in België (6.479 voltijdse equivalenten), hetgeen neerkomt op een dichtheid van 0,77 per 1.000 inwoners (0,56 voltijdse equivalenten).
- In 2020 lag de dichtheid van praktiserende tandartsen in België (0,77 per 1.000 inwoners) in de buurt van het EU-27-gemiddelde (0,78) en boven het EU-14-gemiddelde (0,73). De evolutie van de dichtheid van praktiserende tandartsen in België (+10% tussen 2010 en 2020) ligt in lijn met het EU-27-gemiddelde (+12,5%). Het EU-14-gemiddelde steeg aanzienlijk minder (+4%).
- In 2021 was slechts 48,4% van de praktiserende tandartsen (voltijdse equivalenten) geconventioneerd* (-15,8 procentpunten vergeleken met 2012). Dit aandeel was veel lager voor parodontologen en orthodontisten dan voor algemene tandartsen, en varieerde aanzienlijk tussen de provincies (sommige telden zelfs helemaal geen geconventioneerde parodontologen of orthodontisten).
* Geconventioneerde tandartsen zijn tandartsen die de overeengekomen tarieven vragen voor hun diensten. Meer informatie over dit onderwerp is te vinden onder " financiële toegang tot de gezondheidszorg" (A-9).
Link naar de technische fiche en gedetailleerde resultaten
Bron: gezondheidsdata OESO 2023