Select your language

Andere informatie en diensten van de overheid : www.belgium.be  belgium

1. Kernboodschappen

  • In 2021 waren de oorzaken van vroegtijdige sterfte (vóór de leeftijd van 75 jaar) die hebben geleid tot het grootste aantal verloren levensjaren longkanker, COVID-19 en coronaire hartziekten bij mannen, longkanker, COVID-19 en borstkanker bij vrouwen.
  • Tussen 2011 en 2021 daalde de vroegtijdige sterfte voor de meeste oorzaken, met uitzondering van een stijging voor longkanker en chronische obstructieve longziekte (COPD) bij vrouwen.
  • De belangrijkste oorzaken die bijdragen aan de hogere vroegtijdige sterftecijfers in het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest in vergelijking met het Vlaamse Gewest zijn COVID-19 en coronaire hartziekten bij mannen, en COVID-19 bij vrouwen. 

2. Doodsoorzaken - België

Tumoren zijn de belangrijkste groep oorzaken van vroegtijdige sterfte

De belangrijkste groepen oorzaken van vroegtijdige sterfte zijn tumoren, aandoeningen van de bloedsomloop en externe oorzaken (met voornamelijk zelfdoding en verkeersongevallen).

Het aandeel van tumoren onder alle vroegtijdige sterfgevallen is groter bij vrouwen dan bij mannen. Bij mannen is het aandeel van ziekten van de bloedsomloop en externe oorzaken daarentegen groter. In 2021 was het aandeel sterfgevallen door COVID-19 hoger bij mannen dan bij vrouwen, en het tegenovergestelde werd waargenomen voor ziekten van het ademhalingsstelsel. 

  • Mannen
  • Vrouwen

Verdeling van de oorzaken (volgens ICD-10-hoofdstuk) van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij mannen, gerangschikt volgens voor leeftijd gecorrigeerd sterftecijfer (*), België, 2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Verdeling van de oorzaken (volgens ICD-10-hoofdstuk) van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij vrouwen, gerangschikt volgens voor leeftijd gecorrigeerd sterftecijfer (*), België, 2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Longkanker en COVID-19 zijn de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte in België

Op basis van leeftijdsgecorrigeerde vroegtijdige sterftecijfers waren longkanker en COVID-19 de belangrijkste doodsoorzaken in 2021 voor zowel mannen als vrouwen. Op de derde plaats voor mannen kwam coronaire hartziekte en voor vrouwen borstkanker. 

Uitgedrukt in het aantal verloren levensjaren (PYLL), een maat die rekening houdt met de leeftijd op het moment van overlijden, is de rangorde anders. Bij mannen is zelfmoord dan de belangrijkste doodsoorzaak, gevolgd door COVID-19 en longkanker. Bij vrouwen staat borstkanker op de eerste plaats, gevolgd door longkanker en zelfmoord. Bij mannen staan verkeersongevallen ook op de zesde plaats.

  • Mannen
  • Vrouwen

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij mannen, volgens voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer, België, 2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij vrouwen, volgens voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer, België, 2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

  • Mannen
  • Vrouwen

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij mannen, volgens voor leeftijd gecorrigeerde (*) Verloren Potentiële Levensjaren, België, 2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij vrouwen, volgens voor leeftijd gecorrigeerde (*) Verloren Potentiële Levensjaren, België, 2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Positieve trends voor de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte, maar enkele aandachtspunten blijven voor vrouwen

De meeste oorzaken van vroegtijdige sterfte zijn in de loop van de tijd gedaald (of op zijn minst stabiel gebleven), maar er zijn enkele uitzonderingen. 

  • Voortijdige sterfte door coronaire hartziekte daalde met 31% bij mannen en 37% bij vrouwen in de periode 2011-2021;
  • Dezelfde trend wordt waargenomen voor cerebrovasculaire aandoeningen, met een daling van 23% bij mannen en 16% bij vrouwen;
  • De voortijdige sterfte als gevolg van longkanker is ook aanzienlijk gedaald bij mannen (38% reductie tussen 2011 en 2021);
  • Daarentegen is de vroegtijdige sterfte als gevolg van longkanker bij vrouwen tussen 2000 en 2015 dramatisch gestegen (stijging van 60%) en vervolgens gestabiliseerd. Van de vierde belangrijkste doodsoorzaak in 2000 is het nu de belangrijkste oorzaak, net boven borstkanker;
  • Een toename van COPD bij vrouwen werd waargenomen in de jaren voorafgaand aan COVID-19 (28% toename) tussen 2011 en 2021.
  • Mannen
  • Vrouwen

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van de 6 belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75) bij mannen, België, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie
Noot: In het verleden werden de zelfmoordcijfers in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest gedurende enkele jaren onderschat door de vertraging van de Brusselse administratie bij het bevestigen van zelfmoordzaken.

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van de 6 belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar) bij vrouwen, België, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

3. Doodsoorzaken - Gewesten

COVID-19, longkanker, borstkanker en zelfmoord zijn de belangrijkste doodsoorzaken in de drie gewesten

In 2021, volgens het leeftijdsgecorrigeerde vroegtijdige sterftecijfers:

  • Bij de mannen zijn de meest voorkomende oorzaken COVID-19, die op de eerste plaats komt in het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en op de tweede plaats in het Vlaamse Gewest; longkanker, die op de eerste plaats komt in het Vlaamse Gewest en op de tweede plaats in de andere gewesten; en coronaire hartziekten op de derde plaats.
  • Bij vrouwen waren de meest voorkomende oorzaken longkanker, dat op de eerste plaats komt in het Vlaamse en Waalse Gewest en op de tweede plaats in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest; COVID-19, dat op de eerste plaats komt in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest; en borstkanker.

In 2021, volgens het aantal verloren potentiële levensjaren (VPLJ) :

  • Bij de mannen zijn de meest voorkomende oorzaken zelfmoord, die de eerste plaats inneemt in het Vlaamse Gewest en het Waalse Gewest en de derde plaats in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, longkanker en COVID-19, die de eerste plaats inneemt in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.
  • Bij vrouwen zijn de meest voorkomende oorzaken borstkanker, die op de eerste plaats komt in het Vlaamse Gewest en op de tweede plaats in het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest; en longkanker, die op de eerste plaats komt in het Waalse Gewest en op de derde plaats in de andere gewesten. In 2021 was COVID-19 de belangrijkste doodsoorzaak in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, terwijl het in de andere gewesten op de vierde plaats stond.

De sterftecijfers zijn over het algemeen hoger in het Waalse Gewest dan in de andere gewesten, behalve voor COVID-19 in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.

  • Mannen
  • Vrouwen

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar) bij mannen, volgens voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer, volgens gewest van woonplaats, 2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie



Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar) bij vrouwen, volgens voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer, volgens gewest van woonplaats, 2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie



  • Men
  • Women

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar) bij mannen, volgens voor leeftijd gecorrigeerde (*) Verloren Potentiële Levensjaren, volgens gewest van woonplaats, 2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie



Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar) bij vrouwen, volgens voor leeftijd gecorrigeerde (*) Verloren Potentiële Levensjaren, volgens gewest van woonplaats, 2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie



COVID-19 is de belangrijkste doodsoorzaak, wat leidt tot regionale verschillen

Zoals de pagina "Vroegtijdige sterfte" laat zien, zijn er grote regionale verschillen in het vroegtijdige sterftecijfer (gecorrigeerd voor leeftijd). Hier analyseren we welke doodsoorzaken het meest bijdragen tot het regionale verschil in leeftijdsgecorrigeerde sterftecijfers, door de oorzaakspecifieke sterftecijfers van het Vlaamse Gewest af te trekken van die van de andere regio's en de verschillen te ordenen.

Bij de mannen zijn de doodsoorzaken die het meest bijdragen tot de overmatige vroegtijdige sterfte in het Waalse Gewest in vergelijking met het Vlaamse Gewest COVID-19 (+34 per 100.000), coronaire hartziekte (+17), longkanker (+11), chronische leverziekte (+7,7) en COPD (+7,6).

Bij vrouwen zijn de doodsoorzaken die het meest bijdragen tot de overmatige vroegtijdige sterfte in het Waalse Gewest in vergelijking met het Vlaamse Gewest COVID-19 (+15 per 100.000), COPD (+7,9), coronaire hartziekten (+5), longkanker (+4,7) en infectie- en parasitaire ziekten (+4,5). Aangezien de percentages voor vrouwen lager zijn dan voor mannen, zijn de regionale verschillen per oorzaak kleiner.

  • Mannen
  • Vrouwen

Rangorde van verschillen in voor leeftijd gecorrigeerde* sterftecijfers van specifieke doodsoorzaken bij mannen, Vlaamse Gewest versus Waalse Gewest, gemiddelde over 2019-2021**
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie (**) Voor COVID-19, enkel 2020-2021

Rangorde van verschillen in voor leeftijd gecorrigeerde* sterftecijfers van specifieke doodsoorzaken bij vrouwen, Vlaamse Gewest versus Waalse Gewest, gemiddelde over 2019-2021**
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie (**) Voor COVID-19, enkel 2020-2021

Bij mannen zijn de doodsoorzaken die het meest bijdragen tot de overmatige vroegtijdige sterfte in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest in vergelijking met het Vlaamse Gewest COVID-19 (+54 per 100.000), coronaire hartziekten (+7,9), longkanker (+5,4), COPD (+5,2) en diabetes (+4,7). Bepaalde oorzaken vertonen echter lagere percentages in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest dan in het Vlaamse Gewest, zoals zelfmoord (-4,5) en verkeersongevallen (-3,4).

Bij vrouwen zijn de sterftecijfers per oorzaak in het Vlaamse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest over het algemeen relatief gelijkaardig. In 2021 stellen we echter, net als in 2020, een hogere vroegtijdige sterfte vast in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest voor COVID-19 (+21 per 100.000) dan in het Vlaamse Gewest.

  • Mannen
  • Vrouwen

Rangorde van verschillen in voor leeftijd gecorrigeerde* sterftecijfers van specifieke doodsoorzaken bij mannen, Vlaamse Gewest versus Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, gemiddelde over 2019-2021**
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie (**) Voor COVID-19, enkel 2020-2021

Rangorde van verschillen in voor leeftijd gecorrigeerde* sterftecijfers van specifieke doodsoorzaken bij vrouwen, Vlaamse Gewest versus Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, gemiddelde over 2019-2021**
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie (**) Voor COVID-19, enkel 2020-2021

Meeste oorzaken van vroegtijdige sterfte dalen bij mannen 

De trends in vroegtijdige sterfte per doodsoorzaak zijn vrij gelijkaardig voor de drie gewesten. Hier belichten we vijf interessante trends voor specifieke doodsoorzaken. Informatie over sterfte door zelfdoding vindt u ook op de pagina over zelfmoordgedrag.

1. De vroegtijdig sterftecijfer aan longkanker is gedaald bij mannen in alle drie de gewesten over de periode 2011-2021 (-34% in het Waalse Gewest, -41% in het Vlaamse Gewest en -31% in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest). Deze percentages bleven over de hele periode hoger in het Waalse Gewest dan in het Vlaamse Gewest.

Bij vrouwen stegen de percentages voor vroegtijdige sterfte aan longkanker in het Vlaamse Gewest en het Waalse Gewest tot respectievelijk in 2015 en in 2013, terwijl ze in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest stabiel bleven sinds 2007. Vrouwen in Brussel hadden voorheen de hoogste percentages vroegtijdige sterfte aan longkanker, maar sinds 2010 hebben vrouwen in het Waalse Gewest de hoogste percentages. De laatste jaren wordt een langzame daling van de mortaliteit vastgesteld; tussen 2011 en 2021 is de daling aanzienlijk groter in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest (-31%) dan in het Vlaamse Gewest (-12%) en het Waalse Gewest (-12%).

  • Men
  • Women

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer voor longkanker bij mannen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer voor longkanker bij vrouwen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

2. De vroegtijdige sterfte ten gevolge van coronaire hartziekten daalt sneller bij vrouwen (-31% in het Waalse Gewest, -38% in het Vlaamse Gewest en -61% in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest) dan bij mannen (-26% in het Waalse Gewest, -35% in het Vlaamse Gewest en -34% in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest). Deze dalende trend vertraagt de laatste jaren bij mannen. De cijfers voor mannen in het Waalse Gewest zijn constant hoger dan die in het Vlaamse Gewest, en deze kloof wordt groter, met een snellere daling in het Vlaamse Gewest dan in het Waalse Gewest.

  • Men
  • Women

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van coronaire hartziekte bij mannen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van coronaire hartziekte bij vrouwen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

3. De vroegtijdige sterfte aan borstkanker bij vrouwen daalde in alle drie de gewesten over de periode 2011-2021 (-35% in het Vlaamse Gewest, -32% in het Waalse Gewest en -44% in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest). De regionale verschillen voor borstkanker zijn zeer klein.

Het vroegtijdig sterftecijfer voor borstkanker is zeer laag bij mannen en wordt daarom hier niet weergegeven.

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer voor borstkanker bij vrouwen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

4. Bij mannen daalt de vroegtijdige sterfte als gevolg van COPD in alle drie de gewesten tussen 2011 en 2021; de daling bedroeg 33% in het Waalse Gewest, 26% in het Vlaamse Gewest en 27% in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Het percentage in het Waalse Gewest is het hoogst, maar de regionale verschillen worden kleiner in de loop van de tijd.

Bij vrouwen daarentegen is het sterftecijfer tussen 2011 en 2021 gestegen in het Waalse Gewest (+14%) en in het Vlaamse Gewest (+12%). De daling van het sterftecijfer in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest bedroeg 14%. De COPD-sterfte bij vrouwen was lager in 2020, maar steeg weer in 2021.

  • Men
  • Women

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van COPD bij mannen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van COPD bij vrouwen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

5. Er is een sterke daling van de vroegtijdige sterfte aan colorectale kanker tussen 2011 en 2021. Deze daling is groter in het Vlaamse Gewest (-36% bij mannen, -38% bij vrouwen) dan in het Waalse Gewest (-19% bij mannen, -9% bij vrouwen) en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest (-25% bij mannen, -19% bij vrouwen). Als gevolg hiervan is het Vlaamse Gewest niet langer het gewest met de hoogste vroegtijdige sterftecijfers voor colorectale kanker in 2000, maar het gewest met de laagste sterftecijfers voor deze ziekte in 2021.

  • Mannen
  • Vrouwen

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van dikkedarmkanker bij mannen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Voor leeftijd gecorrigeerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van dikkedarmkanker bij vrouwen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2021
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

4. Meer informatie

Bekijk de metadata voor deze indicator

Statbel: Doodsoorzaken

Sciensano: Standardized Procedures for Mortality Analysis (SPMA)

WHO: ICD-10

Achtergrond

De doodsoorzaken zijn geclassificeerd volgens de Internationale Classificatie van Ziekten, 10de editie (ICD-10) [1]. In dit rapport wordt sterfte geanalyseerd op basis van de onderliggende doodsoorzaak, zoals aangegeven op de overlijdensakte. De onderliggende doodsoorzaak wordt in de regel verkozen boven de onmiddellijke en de bijdragende doodsoorzaken voor sterftestatistieken, omdat vanuit een volksgezondheidsperspectief het doel is om de keten van gebeurtenissen die tot de dood leiden te doorbreken en de onderliggende oorzaak te voorkomen [1].

In een eerste stap worden de oorzaken van vroegtijdige sterfte beschreven volgens de voornaamste ICD-10-hoofdstukken. Deze zijn gebaseerd op het eerste letter van de ICD-10 code. In een tweede stap worden de 10 belangrijkste specifieke oorzaken voor vroegtijdige sterfte gerangschikt volgens de sterftecijfers voor België en per gewest.

Vroegtijdige sterfte verwijst naar sterfte op elke leeftijd die lager ligt dan de levensverwachting. In dit rapport wordt de vroegtijdige sterfte vóór de leeftijd van 75 jaar beschouwd. De meeste oorzaken van vroegtijdige sterfte zijn vermijdbaar door acties op het gebied van het gezondheidszorgsysteem en het gezondheidsbeleid. Het verminderen van vroegtijdige sterfte is een belangrijke doestelling van de volksgezondheid. De rangschikking van de oorzaken van vroegtijdige sterfte is bijgevolg een zeer belangrijk instrument om prioriteiten voor het gezondheidsbeleid te kunnen vaststellen.

De vroegtijdige sterfte naar oorzaak kan worden gemeten met behulp van:

  • Vroegtijdige sterftecijfers, die de frequentie van sterfgevallen voor de leeftijd van 75 meten als gevolg van een specifieke aandoening, per 100.000 mensen jonger dan 75. Deze indicator maakt het mogelijk om de frequentie van verschillende doodsoorzaken te vergelijken.
  • Verloren Potentiële Levensjaren (VPLJ), waarbij rekening wordt gehouden met zowel de frequentie als de leeftijd van overlijden, en die bij weging van de sterfte in functie van de leeftijd een groter gewicht kent aan sterfte op jongere leeftijd. VPLJ maken het bijgevolg mogelijk om doodsoorzaken te vergelijken naar gelang hun belasting in termen van verloren levensjaren [2].

Het belang van de oorzaken van vroegtijdige sterfte kan worden uitgedrukt in sterftecijfers, die alleen de frequentie van de oorzaak weergeven, of in VPLJ, die de last in termen van verloren levensjaren weergeven. Bij de rangschikking op basis van VPLJ worden externe oorzaken hoger gerangschikt dan bij de rangschikking op basis van sterftecijfers, omdat externe oorzaken gewoonlijk op jongere leeftijd optreden dan sterfgevallen ten gevolge van chronische aandoeningen.

Beide indicatoren zijn gecorrigeerd voor leeftijd, met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie, om rekening te houden met het effect van variaties in de leeftijdsstructuur tussen bevolkingsgroepen.

De COVID-19 mortaliteit tussen 2020 en 2022 op basis van de ad-hoc surveillance wordt geanalyseerd in een factsheet.  

Definities

Bruto sterftecijfer
Het bruto sterftecijfer geeft het aantal geregistreerde sterfgevallen in een land weer gedeeld door de overeenkomstige populatiegrootte.
Voor leeftijd gecorrigeerd sterftecijfer
De voor leeftijd gecorrigeerde sterfte geeft het volgens leeftijd gewogen gemiddelde sterftecijfer weer en kan zo de verschillen te wijten aan de leeftijdsstructuur van de bevolking opvangen.
International Classification of Disease, 10th edition (ICD-10)
De Internationale Classificatie van Ziekten is een internationaal coderingssysteem voor ziekten en voor een zeer grote verscheidenheid aan tekenen, symptomen, letsels, vergiftigingen, sociale omstandigheden en externe oorzaken van letsel of ziekte.
Verloren potentiële levensjaren (VPLJ)
Verloren potentiële levensjaren (VPLJ) meten het aantal verloren levensjaren als gevolg van vroegtijdig overlijden. VPLJ geven een hoger gewicht aan sterfgevallen bij jongere dan bij oudere mensen. De berekening van VPLJ bestaat uit het optellen van sterfgevallen op elke leeftijd en het vermenigvuldigen ervan met het aantal resterende jaren tot een bepaalde leeftijd (hier 75 jaar). Leeftijdsspecifieke VPLJ (per 100.000) worden berekend door het aantal VPLJ in een bepaalde leeftijdsgroep te delen door het aantal personen in die leeftijdsgroep. De voor leeftijd gecorrigeerde VPLJ (per 100.000) worden vervolgens berekend als het gewogen gemiddelde van de leeftijdsspecifieke VPLJ tot de leeftijd van 75 jaar.
Vroegtijdig sterftecijfer
Vroegtijdige sterfte wordt hier gedefinieerd als sterfgevallen vóór de leeftijd van 75 jaar. Het voor leeftijd gecorrigeerde vroegtijdig sterftecijfer wordt berekend als het gewogen gemiddelde van leeftijdsspecifieke sterftecijfers voor de leeftijd van 75 jaar.
Onderliggende doodsoorzaak
De ziekte of verwonding die de keten van ziektegebeurtenissen heeft veroorzaakt die rechtstreeks tot de dood heeft geleid, of de omstandigheden van het ongeval of geweld dat de dodelijke verwonding heeft veroorzaakt.
Tumoren
Ook gekend als nieuwvormingen. De groep van nieuwvormingen bestaat voor 95% uit kwaadaardige nieuwvormingen of kankers; de rest zijn tumoren van goedaardige of onbepaalde aard.

Referenties

  1. World Health Organization. International statistical classification of diseases and related health problems 10th. 2016.
  2. Gardner JW, Sanborn JS. Years of Potential Life Lost (YPLL). What Does it Measure? Epidemiol 1990;1:322-9.

Gelieve deze pagina als volgt te citeren: Sciensano. Sterfte en Doodsoorzaken: Vroegtijdige sterfte naar doodsoorzaak, Health Status Report, 15 Apr 2024, Brussel, België, https://www.gezondbelgie.be/nl/gezondheidstoestand/sterfte-en-doodsoorzaken/vroegtijdige-sterfte-naar-doodsoorzaak