1. Kernboodschappen
- In 2023 bedroeg de voor leeftijd gecorrigeerde vroegtijdige sterfte in België 315 per 100 000 inwoners, een daling ten opzichte van 2019.
- De daling in de voor leeftijd gecorrigeerde vroegtijdige sterfte tussen 2010 en 2023 was meer uitgesproken bij mannen (-22%) dan bij vrouwen (-14%).
- Over de gehele periode tussen 2010 en 2023 is de voor leeftijd gecorrigeerde vroegtijdige sterfte veel hoger bij mannen dan bij vrouwen.
- Over de gehele periode tussen 2010 en 2023 zijn er grote verschillen naargelang regio en arrondissement in voor leeftijd gecorrigeerde vroegtijdige sterftecijfers in België.
- België scoorde slecht wat betreft vroegtijdige sterftecijfers onder de EU-15 landen in 2018.
2. Vroegtijdige sterfecijfer
De voor leeftijd gecorrigeerde vroegtijdige sterftecijfers dalen tot onder het niveau van 2019 in 2023
Het bruto vroegtijdig sterftecijfer (0-74 jaar) was 314 per 100.000 inwoners jonger dan 75 jaar en het voor leeftijd gecorrigeerde vroegtijdige sterftecijfer was 315 per 100.000 in België in 2023. Het voor leeftijd gecorrigeerde sterftecijfer was 1,6 keer hoger bij mannen (392 per 100.000) dan bij vrouwen (240 per 100.000). De voor leeftijd gecorrigeerde vroegtijdige sterftecijfers daalden over het algemeen doorheen de tijd. Tussen 2010 en 2023 was de daling sterker bij mannen (-22%) dan bij vrouwen (-14%).
In 2020 zijn de voor leeftijd gecorrigeerde vroegtijdige sterftecijfers met 10% gestegen voor mannen en met 5% voor vrouwen in vergelijking tot 2019. Die stijging kan worden verklaard door de COVID-19-epidemie. In 2023 daalden de voor leeftijd gecorrigeerde sterftecijfers verder en lagen ze onder het niveau van 2019.
Voortijdige sterftecijfers zijn lager in het Vlaamse Gewest
Er zijn aanzienlijke verschillen tussen de drie gewesten in termen van leeftijdsgecorrigeerde vroegtijdige sterfte. In vergelijking met het Vlaamse Gewest werden in de andere gewesten in 2023 de volgende relatieve sterftecijfers waargenomen:
- Waalse Gewest: 44% hoger bij mannen en 37% hoger bij vrouwen
- Brusselse Hoofdstedelijke Gewest: 20% hoger bij mannen en 8% hoger bij vrouwen
Na de toename van de regionale verschillen in 2020 en 2021, zijn de verschillen in 2022 en 2023 afgenomen.
- Mannen
- Vrouwen
- Totaal
Voor leeftijd gecorrigeerd vroegtijdig sterftecijfer* bij mannen, volgens gewest, 2000-2023
Bron: Eigen berekeningen op basis van de gegevens van Statbel [1]
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie
Voor leeftijd gecorrigeerd vroegtijdig sterftecijfer* bij vrouwen, volgens gewest, 2000-2023
Bron: Eigen berekeningen op basis van de gegevens van Statbel [1]
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie
Voor leeftijd gecorrigeerd vroegtijdig sterftecijfer*, volgens gewest, 2000-2023
Bron: Eigen berekeningen op basis van de gegevens van Statbel [1]
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie
De verschillen per arrondissement zijn groot
Kijkend naar een lager geografisch niveau, is het vrij duidelijk dat de meeste Vlaamse arrondissementen voor beide geslachten (hoewel minder uitgesproken bij vrouwen) een lager vroegtijdig sterftecijfer ervaren dan het Belgische gemiddelde. Het omgekeerde wordt waargenomen in Brussel en alle Waalse arrondissementen (behalve Nijvel voor beide geslachten). De hoogste vroegtijdige sterftecijfers voor mannen worden waargenomen in drie arrondissementen van de provincie Henegouwen (Charleroi, Bergen, Doornik). Bij vrouwen waren de arrondissementen met de hoogste sterftecijfers verdeeld over de provincies Henegouwen, Namen en Luik.
- Mannen
- Vrouwen
Voor leeftijd gecorrigeerd vroegtijdig sterftecijfer° bij mannen, volgens arrondissement, 2010-2018
Bron: Eigen berekeningen op basis van de gegevens van Statbel [1]
(°) met de Europese standaardpopulatie 2013 als referentie; (*) significant verschillend van het gemiddelde (p<0.05); (***) significant verschillend van het gemiddelde (p<0.05) na Bonferroni-correctie
Voor leeftijd gecorrigeerd vroegtijdig sterftecijfer° bij vrouwen, volgens arrondissement, 2010-2018
Bron: Eigen berekeningen op basis van de gegevens van Statbel [1]
(°) met de Europese standaardpopulatie 2013 als referentie; (*) significant verschillend van het gemiddelde (p<0.05); (***) significant verschillend van het gemiddelde (p<0.05) na Bonferroni-correctie
Belgische vroegtijdige sterfgevallen behoren tot de hoogste in Europa
Voor de internationale vergelijking van de vroegtijdige sterfte werd het verlies aan potentiële levensjaren (VPLJ) als indicator gebruikt. België scoort slecht op dit gebied voor zowel mannen als vrouwen. De overschrijding van de VPLJ in België ten opzichte van het EU-15-gemiddelde bedroeg in 2018 (of het dichtstbijzijnde jaar) respectievelijk 5% voor mannen en 13% voor vrouwen. Dit zijn de meest recente gegevens (2018) die momenteel beschikbaar zijn uit de sterftedatabank van de Wereldgezondheidsorganisatie.
Inzichten in deze verschillen zijn te vinden in de sectie vroegtijdige sterfte naar doodsoorzaak.
- Mannen
- Vrouwen
Verlies aan potentiële levensjaren (0-75) bij mannen, EU-15, 2018 of dichtstbijzijnde jaar
Bron: Eigen berekeningen op basis van de sterftegegevens van de Wereldgezondheidsorganisatie [2]
Verlies aan potentiële levensjaren (0-75) bij vrouwen, EU-15, 2018 of dichtstbijzijnde jaar
Bron: Eigen berekeningen op basis van de sterftegegevens van de Wereldgezondheidsorganisatie [2]
3. Meer informatie
Bekijk de metadata voor deze indicator
Sciensano: Standardized Procedures for Mortality Analysis (SPMA)
Achtergrond
Vroegtijdige sterfte verwijst naar sterfgevallen die te vroeg plaatsvinden, dat wil zeggen op elke leeftijd lager dan de levensverwachting. Verschillende drempels kunnen worden gebruikt bij de definitie van deze indicator. In dit rapport wordt de vroegtijdige sterfte vóór de leeftijd van 75 jaar beschouwd. Het verminderen van vroegtijdige sterfte is een belangrijke doelstelling van de volksgezondheid aangezien een groot aandeel van de vroegtijdige sterfgevallen vermeden worden door acties op het gebied van de volksgezondheid.
Het bruto sterftecijfer is het aantal sterfgevallen in een bepaald jaar gedeeld door de populatiegrootte. Deze indicator is echter niet zo geschikt om de gezondheid op te volgen, omdat sterfte sterk gerelateerd is met leeftijd. Bruto sterftecijfers in verouderende populaties kunnen daarom toenemen, ook al zou de gezondheidstoestand verbeteren. Om vergelijking van sterfte-indicatoren tussen verschillende populaties of tijdsperioden mogelijk te maken, dient bijgevolg gebruik gemaakt te worden van schatters die gecorrigeerd zijn voor de leeftijdssamenstelling van de betrokken populaties. In dit rapport worden daarom ook voor leeftijd gecorrigeerde sterftecijfers gebruikt, waarbij de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie werd gebruikt.
Naast het leeftijdsspecifieke sterftecijfer, kan de vroegtijdige sterfte ook beschreven worden aan de hand van het verlies aan potentiële levensjaren (VPLJ). Deze indicator weegt elk overlijden in functie van de leeftijd waarbij een groter gewicht wordt toegekend aan jongere leeftijden (het gewicht wordt berekend door 75 te verminderen met de leeftijd bij overlijden). In dit rapport wordt het VPLJ gebruikt om een vergelijking met andere landen mogelijk te maken. Deze indicator wordt gecorrigeerd op basis van leeftijd om de impact van verschillende leeftijdsstructuren op te vangen.
Definities
- Bruto sterftecijfer
- Het bruto sterftecijfer geeft het aantal geregistreerde sterfgevallen in een land weer gedeeld door de overeenkomstige populatiegrootte.
- Voor leeftijd gecorrigeerde sterftecijfer
- De voor leeftijd gecorrigeerde sterfte geeft het volgens leeftijd gewogen gemiddelde sterftecijfer weer en kan zo de verschillen te wijten aan de leeftijdsstructuur van de bevolking opvangen.
- Vroegtijdige sterfte
- Vroegtijdige sterfte wordt hier gedefinieerd als sterfgevallen vóór de leeftijd van 75.
- Verloren potentiële levensjaren (VPLJ)
- Verloren potentiële levensjaren (VPLJ) meten het aantal verloren levensjaren als gevolg van vroegtijdig overlijden. VPLJ geven een hoger gewicht aan sterfgevallen die voorkomen bij jongere dan bij oudere mensen. De berekening van VPLJ bestaat uit het optellen van sterfgevallen op elke leeftijd en het vermenigvuldigen ervan met het aantal resterende jaren tot een bepaalde leeftijd (hier, 75 jaar).
Referenties
- Statbel. Aantal sterfgevallen per dag, geslacht, leeftijd, gewest, provincie en arrondissement. https://statbel.fgov.be/nl/open-data/aantal-sterfgevallen-dag-geslacht-arrondissement-leeftijd
- WHO. Global health estimates: Leading causes of deaths. https://www.who.int/data/gho/data/themes/mortality-and-global-health-estimates/ghe-leading-causes-of-death
Gelieve deze pagina als volgt te citeren: Sciensano. Sterfte en Doodsoorzaken: Vroegtijdige sterfte, Health Status Report, 29 Aug 2024, Brussel, België, https://www.gezondbelgie.be/nl/gezondheidstoestand/sterfte-en-doodsoorzaken/vroegtijdige-sterfte