Bepaalde variaties inzake behandeling per geslacht hangen intrinsiek samen met de praktijk zelf (hysterectomie, echografie van de prostaat …), maar dat geldt niet noodzakelijk voor andere praktijktypes die op een minder inherente manier aan een geslacht worden toegewezen.
Verschillen in gebruikspercentages tussen mannen en vrouwen zijn a priori een weerspiegeling van de epidemiologie van de onderliggende pathologie. Een verschil tussen de sekseverhouding van deze pathologie en de verhouding van de gebruikspercentages moet de aandacht vestigen op de rechtvaardiging van deze therapeutische benadering die verschilt per geslacht.
In het geval van de percutane coronaire interventie stellen we in 2017 bijvoorbeeld vast dat het gebruikspercentage merkelijk hoger ligt bij de mannen dan bij de vrouwen, waarop in dit geval de vraag rijst of er sprake is van een onderbenutting ("underuse") bij de vrouwen (zie onderstaande figuur).